Voor het beste resultaat is het essentieel dat dit 5G® Rigid Core-product volgens deze instructies en de geldende landelijke normen en bouwvoorschriften voor de installatie van veerkrachtige vloeren wordt geïnstalleerd. Controleer vóór installatie of het product geschikt is voor het beoogde gebruik. Bij twijfel neemt u contact op met uw leverancier.
Dit product is een zwevende vloer met uitstekende akoestische, thermische en waterdichte eigenschappen, die rigide is gemaakt voor installatie op oneffen ondergronden. Dit product absorbeert geen water, zwelt niet op en is ongevoelig voor waterschade.
Bij correcte installatie en normaal gebruik wordt de vloer niet aangetast door nat reinigen en gemorste vloeistoffen die direct worden verwijderd. Dit product is niet geschikt voor installatie buiten of in ruimtes die voortdurend nat worden. Het is geschikt voor woontoepassingen voor gebruik in conventionele badkamers, keukens en bijkeukens. Voor het beste resultaat is het essentieel dat deze leginstructies worden opgevolgd.
Installeer vast sanitair of meubilair voordat u dit product legt, en laat ruimte vrij voor uitzetting en inkrimping (zie verder).
Raadpleeg het hoofdstuk Installatie om te bepalen of dichtingsproducten zijn toegestaan in uitzettingsvoegen.
Een aparte onderlaag wordt gewoonlijk niet aanbevolen.Raadpleeg de leverancier van de vloerbedekking voor meer informatie.
Landelijke normen en ouwvoorschriften- Europese Unie: DTU 53.2, DIN 18365 (deel C)
Voor commerciële installaties haalt u het materiaal ten minste 48 uur vóór installatie uit de verpakking (de planken/tegels mogen op elkaar worden gestapeld maar moeten plat liggen). Laat het materiaal acclimatiseren in de ruimte waar de vloer zal worden gelegd. De kamertemperatuur moet tussen 18-27°C blijven.
Voor installatie in woontoepassingen is deze acclimatisatie doorgaans niet noodzakelijk als de producttemperatuur reeds 18-27 °C bedraagt. Als het product vóór installatie werd blootgesteld aan extreme temperaturen, is acclimatisatie wel vereist.
Voordat dit product kan worden geïnstalleerd moet de ondergrond hard, schoon, glad en vlak zijn en los vuil moet zijn weggeveegd.
Eventuele oneffenheden in de ondervloer moeten beperkt blijven tot maximaal 5 mm onder het niveau over een afstand van 3 m in elke richting. Geïsoleerde hoogteverschillen/ randen moeten eerst worden verwijderd om schade aan het product te voorkomen. Grotere hoogteverschillen moeten mogelijk worden geëgaliseerd door het gehele vloeroppervlak op te vullen. Aanvullende richtlijnen voor de voorbereiding van de ondervloer vindt u in de nationale normen en bouwvoorschriften voor de installatie van veerkrachtige vloeren op pagina 1. Bij twijfel neemt u contact op met uw leverancier.
De vochtigheidsgraad van de basisvloer (bv. beton) moet worden gemeten volgens de relevante lokale norm:
- Hygrometertest = minder dan 95% RV.
- Calciumcarbidetest = voor dekvloeren van cementbeton niet meer dan 3% en voor dekvloeren van calciumsulfaat niet meer dan 1,4%.
De motieven van dit product worden willekeurig verdeeld. Sommige planken of tegels hebben mogelijk een drukker motief dan andere. Om te voorkomen dat bepaalde gebieden een lichtere of donkerdere kleur krijgen, dient u de tegels of planken uit de verpakking te halen en willekeurig te verdelen.
Hints en tips bij chevronpatroon
- Open een aantal dozen met materiaal.
- Scheid de linker- en rechterplanken in stapels.
- Zorg voor een verspringend legpatroon bij het leggen van uw vloer.
OPMERKING:
- De chevron stukken binnen de plank zijn niet bedoeld om op één lijn te liggen, noch aan de korte, noch aan de lange randen.
- Bij plaatsing naast een overeenkomstig plankproduct zonder chevron zijn de standaard regels voor kleurvariatie van toepassing. plank product, standard colour batch variation rules apply.
Zie ook pagina 4
OPMERKING: Rigid Core-vloeren en hybridevloeren moeten worden beschermd tegen hitte en/of langdurige blootstelling aan direct zonlicht, aangezien dit schade aan uw vloer kan veroorzaken. Zie sectie Veranda’s / Serres / 3-seizoenskamers.
Dit product moet worden geïnstalleerd met een minimale uitzettingsruimte van 5 mm rond de hele kamer en alle vaste voorwerpen, inclusief leidingen. Dit minimum moet worden vergroot tot 8 mm voor oppervlaktes van meer dan 100 m² (raadpleeg uw leverancier voor grotere oppervlaktes).Opmerking: de minimale uitzettingsruimte is de kleinste ruimte tussen product en een vast voorwerp, dat op ELK puntrond de omtrek gemeten kan worden.
Om thermische uitzetting mogelijk te maken, moeten deurposten worden ingesneden of moet er een uitzettingsruimte worden vrijgelaten. Plinten moeten worden verwijderd of ingesneden. Bij wijze van alternatief moet er een geschikte randstrip worden gebruikt om de uitzettingsruimte af te dekken.
Lijstwerk en plinten die na de installatie van de vloer worden geplaatst, moeten aan de muur worden bevestigd en NIET aan de vloerbedekking, zodat er tussen deze lijsten en het vloeroppervlak 0,5 mm ruimte overblijft.
In potentieel natte ruimten, waar het nodig is om de uitzettingsvoeg tussen vaste meubels en het vloerproduct te beschermen tegen mogelijke blootstelling aan water, kan een flexibele acryldichting of flexibele siliconendichting met neutrale uitharding worden gebruikt. Dichtingsmiddelen mogen niet worden gebruikt voor de algemene opvulling van uitzettingsvoegingen.
De potentieel natte zone moet worden geïsoleerd van het hoofdoppervlak met behulp van een expansievoegsysteem of vergelijkbaar bij deuropeningen. OPMERKING: als richtlijn bevelen wij een maximaal netto afgedicht oppervlak van 4 m² aan. Voor grotere oppervlakken vraagt u advies aan uw leverancier.
Wanneer de vloer meer dan 15 m breed of lang is, moet een uitzettingsvoeg van 8 mm worden gebruikt en herhaald.
Dit product moet altijd met verspringende voegen worden geïnstalleerd:
- Planken met minimaal 200 mm tussen de korte uiteinden
- Tegels in een ‘baksteenpatroon’ (verspringend)
Ze moeten zodanig worden geïnstalleerd dat de vier hoeken nooit op hetzelfde punt samenkomen. Zie installatiefig. 3a / 3b.
Hechting aan de ondergrond is gewoonlijk niet toegestaan bij Rigid Core-producten omdat dit het uitzettings- en inkrimpingsvermogen van het materiaal hindert.
Er is één uitzondering op deze regel: de installatie op trappen in woningen. Raadpleeg uw plaatselijke leverancier voor advies over de geschikte lijm en de installatie.
Speciale aandacht is vereist wanneer u dit product legt in ruimtes die zijn blootgesteld aan grote temperatuurschommelingen, zoals onverwarmde ruimtes, veranda’s/serres of ruimtes waar direct zonlicht door glazen deuren valt. Een onjuist gebruik van expansievoegen kan namelijk schade veroorzaken. In deze gevallen moet een expansievoeg van minimaal 10 mm worden gebruikt.
Dit product is niet geschikt voor gebruik in sauna’s en dergelijke.
In de nabijheid van kachels/open haarden moeten de vloeren afdoende worden beschermd.
OPMERKING: Rigid Core-vloeren en hybridevloeren moeten worden beschermd tegen hitte en/of langdurige blootstelling aan direct zonlicht omdat dit uw vloer kan beschadigen.
- Betonnen dekvloeren: Waar de ondervloer onregelmatig is, moet een geschikt egalisatiemiddel worden gebruikt.
- Natuursteen/mozaïek/terrazzo/keramiek: zorg ervoor dat het oppervlak stevig, droog en vrij van was, olie en stofdeeltjes is. Zet losse tegels vast. Egaliseer voegen met een breedte en/of diepte van meer dan 5 mm.
- Houten vloeren: deze moeten solide zijn met minimale flexibiliteit. Losse planken moeten stevig worden vastgezet, openingen gevuld en oneffenheden weggewerkt. Waar nodig moeten houten vloeren met triplex of een vergelijkbaar materiaal worden bedekt.
- Kopshout- en parketvloeren: zorg ervoor dat deze vloeren solide zijn en repareer alle losse of gebroken delen. Kopshoutvloeren die rechtstreeks op een ondergrond van aarde/bitumen/pek liggen, moeten vóór installatie worden verwijderd.
- Metalen en geschilderde vloeren: verwijder loszittende verf of andere deklagen.
- Linoleum/thermoplastic/vinyl/kurk: zorg ervoor dat deze vloeren solide zijn en repareer alle losse of gebroken delen.
- Alle bestaande vloeren die met asfalttegellijm (ATA of ‘Cutback’) zijn geïnstalleerd, moeten eerst correct bedekt/ingekapseld of mechanisch verwijderd worden.
- Vloerafdekkingen van textiel (waaronder tapijt) moeten worden verwijderd.
- Laminaat: meestal wordt aanbevolen om dit te verwijderen.
- Asbest: bepaalde oudere elastische tegels en lijmen kunnen asbest bevatten. Asbest en lijmresten van asbest moeten mechanisch worden verwijderd door een professioneel verwijderingsbedrijf voordat u LVT installeert. Neem bij twijfel contact op met de betrokken autoriteit voor advies over verwijdering en afvalverwerking.
- Andere vloeren: Vraag uw leverancier om advies.
Dit product moet altijd op een solide ondergrond worden gelegd. Zwevende vloeren of vloeren met een gedempte achterzijde zijn geen geschikte ondergrond en moeten worden verwijderd.
Vloerverwarming: het is mogelijk om dit product te installeren over vloeren met vloerverwarming, maar deze moet zo worden geregeld dat de temperatuur ter hoogte van de interface tussen de rug en de ondervloer maximaal 27 °C bedraagt.
Elektrische vloerverwarming: neem contact op met de fabrikant om na te gaan of het systeem compatibel is met deze vloer. Druk roostersystemen in een onderlaag van een geschikte primer en een geschikt egalisatiemiddel om het roosterwerk te bedekken. Neem hiervoor contact op met de leverancier van uw onderlaag.
OPMERKING: vloerverwarming kan het vochtgehalte beïnvloeden. Raadpleeg uw leverancier voor meer informatie.
- Veeg de vloer regelmatig schoon om los vuil of gruis te verwijderen om krasjes te voorkomen.
- Voor een diepe reiniging hebben wij een assortiment pH-neutrale reinigingsproducten beschikbaar. Gebruik geen huishoudelijke schoonmaakmiddelen of reinigingsproducten met bleekmiddel. Deze kunnen de vloer glad maken of verkleuring veroorzaken.
- Dep gemorste vloeistoffen steeds zo snel mogelijk op om de kans op uitglijden en vlekken te verkleinen.”
- Gebruik deurmatten om de vloer tegen gruis en vocht te beschermen. Zorg ervoor dat deze geen vlekken afgeven (geen rubberen rug) om verkleuring van de vloer te voorkomen.
- Vermijd het schuiven of verslepen van meubels of andere voorwerpen over de vloer – gebruik viltdoppen om krassen te voorkomen.
- Gebruik grote beschermcups of andere middelen om te voorkomen dat zware meubels indrukken achterlaten.
- Houd de kamertemperatuur tussen 18-27 °C voor optimale prestaties.
- Stel LooseLay niet bloot aan stilstaand water om gevaar voor uitglijden te voorkomen.
- Besteed de nodige aandacht bij het gebruik van vloerverwarming om schade door lokale warme/ thermische plekken te voorkomen. Ook moet erop worden gelet dat tapijten en meubilair de circulatie van warme lucht niet hinderen.
- De vloer moet worden beschermd tegen overmatige hitte en/of langdurige blootstelling aan direct zonlicht omdat dit uw vloer kan beschadigen.
- Richtlijnen voor de verzorging van uw vloer vindt u bij uw leverancier of op de website. Voor beschadigde vloertegels/ planken neemt u contact op met uw leverancier.
Voor productvragen kunt u contact opnemen met de dealer bij wie u de vloer hebt gekocht.
- Begin met een hele plank/tegel langs de muur en bereken hoeveel breedtes er voor de hele kamer nodig zijn. Als dit betekent dat er een rij smalle planken/ tegels tegen de tegenoverliggende muur komt, snijdt u de eerste rij bij. Leg dit product met de messing-/ gesneden kant naar de muur. Breng afstandhouders van 5 mm tussen de plank/tegel en de muur aan (Fig. 1).
Fig. 1 - Leg de eerste rij, waarbij de korte kanten aan elkaar worden geklikt (Fig. 2).
Fig. 2 - Snijd het laatste stuk van de rij op maat met een mes en liniaal. Zorg dat er een ruimte van 5 mm overblijft tussen het einde van de rij en de muur.
- Begin aan de tweede rij. Houd de plank in een hoek (van circa 30o) en klik de messingzijde in de groef van de eerste rij. Tik de plank/tegel stevig aan. Leg de volgende plank/tegel door de messingzijde en groef langs de lange kant in elkaar te duwen (Fig. 3). Tegels en planken moeten verspringend worden gelegd zodat de vier hoeken nooit op hetzelfde punt samenkomen (Fig. 4a en Fig. 4b).
Fig. 3
Fig. 4a
Fig. 4b - Zodra de lange kant is uitgelijnd en strak zit, laat u het korte uiteinde op zijn plaats vallen door met uw duim of een kleine roller over de eindverbinding te wrijven tot u een ‘klik’ hoort (Fig. 5a en 5b).
Fig. 5a
Fig. 5b - Ga door met het leggen van de planken naar de andere kant van de ruimte tot de rij compleet is; gebruik een handroller als hulpmiddel. Alleen indien nodig een rubberen hamer en een restant van het product gebruiken om het product zachtjes aan te tikken. U kunt een slagijzer gebruiken om het product langs de randen van de ruimte in elkaar te duwen (Fig. 6).
Fig. 6 - Herhaal stap 4, 5 en 6 totdat de vloer helemaal is gelegd.
- Onder deurposten: Als de plank/tegel niet kan worden opgetild, gebruikt u een speciaal stootblok (of restant van het materiaal) en een rubberen hamer om de plank/tegel vlak op de vloer aan te tikken (Fig. 7).
Fig. 7 - Wanneer u het product rond hoeken/afgeronde hoeken of complexe profielen legt, markeert u de vorm op de plank/tegel en snijdt u deze met een zaag op maat.
- Nadat de vloer is gelegd, verwijdert u de afstandhouders. Veeg de vloer schoon met een zachte borstel. Breng een plint of geschikte randstrip aan (beschikbaar bij uw lokale distributeur) om de uitzettingsruimtes te bedekken. Deze moeten aan de muur worden bevestigd, niet op de vloer. Zo kan het product vrij uitzetten (Fig. 8 & 9).
Fig. 8
Fig. 9
- Begin met een hele plank/tegel langs de muur en bereken hoeveel breedtes er voor de hele kamer nodig zijn. Als dit betekent dat er een rij smalle planken/tegels tegen de tegenoverliggende muur komt, snijdt u de eerste rij bij. Leg dit product met de messing-/gesneden kant naar de muur. Breng afstandhouders van 5 mm tussen de plank/tegel en de muur aan (Fig. 1).
Fig 1. - Leg de eerste rij, waarbij de korte kanten aan elkaar worden geklikt (Fig. 2).
Fig 2. Snijd het laatste stuk van de rij op maat met een mes en liniaal. Zorg dat er een ruimte van 5 mm overblijft tussen het einde van de rij en de muur.
Begin aan de tweede rij. Houd de plank in een hoek van circa 30° en klik de messingzijde in de groef van de eerste rij. Duw de plank/tegel stevig aan. Leg de volgende plank/tegel door de messingzijde en groef langs de korte kant in elkaar te klikken. Duw de messingzijde en groef langs de lange kant in elkaar door de planken/tegels samen te kantelen (Fig. 3). De tegels en planken moeten in een baksteenpatroon worden gelegd zodat de vier hoeken nooit op hetzelfde punt samenkomen. (Fig. 3a en Fig. 3b).
Fig 3.
Fig 3a.
Fig 3b.Ga door met het leggen van de planken naar de andere kant van de ruimte tot de rij compleet is; gebruik een handroller als hulpmiddel. (Fig. 4) Alleen indien nodig een rubberen hamer en een restant van het product gebruiken om het product zachtjes aan te tikken. U kunt een slagijzer gebruiken om het product langs de randen van de ruimte in elkaar te duwen (Fig. 5).
Fig 4.
Fig 5.Herhaal stap 4 en 5 totdat de vloer helemaal is gelegd.
Onder deurposten: Als de plank/tegel niet kan worden opgetild, gebruikt u een speciaal stootblok (of restant van het materiaal) en een rubberen hamer om de plank/tegel vlak op de vloer aan te tikken (Fig. 6).
Fig 6.Wanneer u het product rond hoeken/afgeronde hoeken of complexe profielen legt, markeert u de vorm op de plank/tegel en snijdt u deze met een zaag op maat.
Nadat de vloer is gelegd, verwijdert u de afstandhouders. Veeg de vloer schoon met een zachte borstel. Breng een plint of geschikte randstrip aan (beschikbaar bij uw lokale distributeur) om de uitzettingsruimtes te bedekken. Deze moeten aan de muur worden bevestigd, niet op de vloer. Zo kan het product vrij uitzetten (Fig. 7 & 8).
Fig 7.
Fig 8.
