Skip to content

Gluedown installatiehandleiding

Voor een goede installatie moet Gluedown worden geïnstalleerd conform deze instructies en van toepassing zijnde landelijke normen en huidige bouwvoorschriften voor de installatie van veerkrachtige vloeren. Dit product is niet geschikt voor installatie buiten of in ruimtes die voortdurend nat worden. Het is geschikt voor gebruik in badkamers, keukens, wasruimtes en bijkeukens.

Als u deze installatierichtlijnen en/of huidige landelijke normen en bouwvoorschriften niet in acht neemt en opvolgt, zijn eventuele garantie-aanspraken mogelijk ongeldig.

Landelijke normen en bouwvoorschriften

  • Europese Unie: DTU 53.2, DIN 18365 (deel C)

De persoon die het product installeert, is verantwoordelijk voor het controleren of het ontwerp, de kleur, de batch en de kwaliteit van het product klopt, of de juiste hoeveelheid is geleverd en of het product niet beschadigd is. Dit moet onder optimale lichtomstandigheden gebeuren. Als het onjuiste product of de verkeerde batch is geleverd of als het product gebreken vertoont, moet u contact opnemen met de verkoper voordat u het product installeert. Na installatie accepteren wij geen klachten of aanspraken met betrekking tot duidelijk zichtbare gebreken. De voorbereiding en installatie mogen pas worden begonnen nadat alle andere vaklieden hun werk hebben voltooid.

Het materiaal moet minimaal 24 uur vóór installatie uit de verpakking worden gehaald om het in de ruimte van installatie te laten acclimatiseren (tegels en planken mogen gestapeld worden, mits ze plat liggen). Houd luchtbehandelingssystemen waar van toepassing tijdens het acclimatiseren in gebruik: minstens 24 uur vóór, tijdens en 24 uur na installatie van de vloerbedekking. Voorkom dat het product tijdens het acclimatiseren of installeren wordt blootgesteld aan direct zonlicht, bijvoorbeeld door de ramen af te dekken of door middel van andere tijdelijke methoden.

Houd de kamertemperatuur tussen de 18 en 27°C voor optimale prestaties.

De ondergrond moet voorbereid zijn conform de van toepassing zijnde landelijke normen en huidige bouwvoorschriften voor de installatie van veerkrachtige vloeren.

Daarnaast moeten deze installatierichtlijnen bij de voorbereiding nauw worden opgevolgd. De ondergrond moet stevig, hard, plat, egaal, glad, droog, schoon en stofvrij zijn en moet worden voorbereid al naargelang het type ondergrond.

Zie het onderdeel Soorten ondergronden voor meer informatie.

De vochtigheidsgraad van de ondervloer (bijv. beton) moet worden gemeten volgens de relevante lokale norm, die mogelijk per regio verschilt. Zie hiervoor Tabel 1. Als de vochtwaarde van een ondervloer deze grenzen overschrijdt, moet een geschikt vochtbestendige dampfolie/vochtwerend systeem worden gebruikt.

OPMERKING: Sommige landelijke normen schrijven voor dat de pH-waarde van de betonvloer moet worden gecontroleerd.

Tabel 1: vochtigheidsgraad van betonnen ondergronden

¹ Lijmen die in de VS verkrijgbaar zijn, verdragen tot wel 8 lb./1000 sq.ft. vocht per 24 uur.

De motieven van dit product worden willekeurig verdeeld. Sommige planken of tegels hebben mogelijk een drukker motief dan andere. Om te voorkomen dat bepaalde gebieden een lichtere of donkerdere kleur krijgen, dient u de tegels of planken uit de verpakking te halen en willekeurig te verdelen.

Hints en tips bij chevronpatroon

  1. Open een aantal dozen met materiaal.
  2. Scheid de linker- en rechterplanken in stapels.
  3. Zorg voor een verspringend legpatroon bij het leggen van uw vloer.
Opmerking:
  • De chevron stukken binnen de plank zijn niet bedoeld om op één lijn te liggen, noch aan de korte, noch aan de lange randen.
  • Bij plaatsing naast een overeenkomstig plankproduct zonder chevron zijn de standaard regels voor kleurvariatie van toepassing.

Leg de tegels en planken in een lijmbed en volg hierbij de instructies voor de desbetreffende lijm. Zo garandeert u maximale hechting en minimaliseert u het risico op krullen en naadvorming.

Werk tijdens de installatie elk gedeelte onmiddellijk af met een handroller. Veeg lijmresten meteen weg met een vochtige doek.

Na installatie moet de hele vloer in beide richtingen nagewalst worden met een rol van 68 kg, of in kleine ruimtes met een handroller. Besteed met name aandacht aan de randen.

Houd de planken en tegels na installatie 24 uur lang vrij van loopverkeer (of bescherm ze tegen direct contact met behulp van platen).

Verwijder lijmresten volgens de richtlijnen van de desbetreffende fabrikant. Bij de meeste lijmen wordt aangeraden om resten zolang ze nog nat zijn met een vochtige doek te verwijderen. Opgedroogde lijm kan alleen verwijderd worden met terpentine of met ons "Remove" product (indien beschikbaar in uw regio).

LET OP: verwijder resten van vochtuithardende lijm niet met water, maar met terpentine of reinigingsdoekjes. Uitgeharde lijm kan alleen mechanisch worden verwijderd. Zie de instructies van de desbetreffende lijm voor uitgebreide informatie over het verwijderen van lijmresten.

Handhaaf na installatie de klimaatomstandigheden zoals voorgeschreven in het acclimatisatieproces.

De installatiestappen voor individueel gesneden chevronplanken vindt u op pagina 5 onder Installatiestappen’.

 
LET OP: indien de onjuiste installatiemethode of lijmsoort voor de installatie is gebruikt en/of de instructies van de lijmfabrikant niet nauw zijn opgevolgd, is het bedrijf niet aansprakelijk voor verlies, schade of klachten.

1. Solide ondergronden

Beton/zandcement
Deze ondergronden moeten voldoen aan de vereisten van de landelijke normen en bouwvoorschriften omschreven op pagina 1.

LET OP: in Australië en Nieuw-Zeeland mag dit product niet op zandcement worden geïnstalleerd, aangezien AS/NZS 1884 installatie op zandcement verbiedt.

Nieuw en oud
Schuur betonvloeren altijd mechanisch om vervuiling te verwijderen (cementmelk, verf, gips, lijm enz.). Bereid de vloer voor conform ASTM F710 voor installatie in de VS. Gebruik een geschikte vochtbestendige dampfolie (waar nodig) en een geschikte primer en ondervloer, al naargelang de fabrikant(en).

Afgevlinderde betonvloer
Bepaal de poreusheid met behulp van een waterdruppeltest (conform ASTM F3191). Mogelijk is het nodig om de vloer mechanisch te schuren door middel van diamantschuren, frezen of zandstralen om cementmelk te verwijderen en om ervoor te zorgen dat lijm in de ondergrond kan trekken. Als de vochtwaarde de bovengenoemde grenzen overschrijdt, moeten deze oppervlakken nog steeds geschuurd worden voordat een geschikte vochtbestendige dampfolie/vochtwerend systeem geïnstalleerd wordt.

‘Anhydriet’ (calciumsulfaat-gips)
Anhydrietdekvloeren zijn soms lastig te herkennen en kunnen verward worden met meer traditionele producten op basis van cement. Als de vloer niet droog genoeg is, raadpleeg dan de fabrikant en kies het juiste egalisatiemiddel en de juiste primer/sealer. Zorg ervoor dat cementmelk in voldoende mate geschuurd en verwijderd is voordat u aan de installatie begint.

LET OP: in Australië en Nieuw-Zeeland mag dit product niet op anhydriet worden geïnstalleerd.

Geschilderde vloeren
Verwijder op mechanische wijze alle verf en breng het oppervlak terug naar zijn originele staat. Handel op basis van de blootgestelde ondergrond en gebruik een geschikte primer en een geschikt egalisatiemiddel², in overleg met de leverancier van de ondervloer.

² In de VS is deze stap optioneel

2. Houten ondergronden

Alle soorten spaanplaat/Weyroc/MDF/OSB
Installeer hierop vloerkwaliteit multiplex van 5,5 mm (zie Tabel 2 voor alternatieven) en bevestig dit conform de landelijke normen. De naden in het multiplex dient u weg te werken met een afstrijklaag of met een geschikte primer en een geschikt egalisatiemiddel. Raadpleeg hiervoor de leverancier van uw ondervloer. Om te voorkomen dat het multiplex later mogelijk gaat bewegen door veranderende klimaatinvloeden, moet u dit conform de instructies van de fabrikant en de landelijke normen bevestigen.

Vloeren van vloerkwaliteit multiplex
De naden in het multiplex dient u weg te werken met een afstrijklaag of met een geschikte primer en een geschikt egalisatiemiddel. Raadpleeg hiervoor de leverancier van uw ondervloer. Behandel multiplex vloeren met een dikte van minder dan 5,5 mm als spaanplaat. Controleer de vochtwaarde en zuig al het stof op met een stofzuiger voor een betere hechting.

Standaard vloerplanken/messing en groef
Controleer of de vloerplanken zijn vastgemaakt. Zet loszittende planken stevig vast en vervang versleten of kapotte planken. Installeer hierop vloerkwaliteit multiplex van minimaal 5,5 mm (zie Tabel 2 voor alternatieven) en bevestig dit conform de landelijke normen en de instructies van de fabrikant. De naden in het multiplex dient u weg te werken met een afstrijklaag of met een geschikte primer en een geschikt egalisatiemiddel. Raadpleeg hiervoor de leverancier van uw ondervloer.

Voor ruimtes waar naar verwachting vaak vloeistoffen worden gemorst, gebruikt u in plaats daarvan vezelcement. Installeer dit volgens de richtlijnen van de fabrikant en de huidige bouwvoorschriften.

LET OP: vezelcement is extreem poreus en moet daarom eerst behandeld worden met een geschikte primer en, waar nodig, met een egalisatiemiddel. Raadpleeg hiervoor de leverancier van uw ondervloer.

Golvende houten vloeren
U moet deze eerst egaliseren door ze te schuren of te schaven. Installeer vervolgens vloerkwaliteit multiplex van 5,5 mm (zie Tabel 2 voor alternatieven). Gebruik een geschikt vulmiddel om naden en bevestigingspunten in het multiplex op te vullen.

Voordat u multiplex of een gefabriceerde ondervloer installeert, kunt u in overleg met de leverancier van uw ondervloer gaten ook opvullen met behulp van een geschikte primer en een geschikt egalisatiemiddel.

Mozaïekparketvloer², kopshout², houtstroken², laminaat/klikproducten
Verwijder deze vloeren, evenals eventuele ondervloeren en bevestigingsmiddelen. Behandel de ondergrond zoals voorgeschreven.

² raadpleeg de leverancier voor installaties in de VS

Tabel 2: specificatie multiplex en toegestane regionale alternatieven

3. Andere bestaande ondergronden

Asbest
Bepaalde oudere elastische tegels en lijmen kunnen asbest bevatten. Asbest en lijmresten van asbest moeten mechanisch verwijderd worden door een professioneel verwijderingsbedrijf voordat u LVT installeert. Neem bij twijfel contact op met de betrokken autoriteit voor advies over verwijdering en afvalverwerking.

Asfalt
Ons product kan niet rechtstreeks op een ondergrond van asfalt geïnstalleerd worden. Gebruik in overleg met de leverancier van de ondervloer een geschikt egalisatiemiddel. Bereid het asfalt voor conform de richtlijnen van de fabrikant van het egalisatiemiddel, en zorg ervoor dat het asfalt in voldoende mate ontvet, gereinigd en voorbehandeld is.

LET OP: in Australië, Nieuw-Zeeland en de VS mag dit product niet op asfalt geïnstalleerd worden, aangezien de bouwvoorschriften dit verbieden.

Metalen vloeren
Het metalen oppervlak moet worden gereinigd, ontvet en vervolgens mechanisch geschuurd om verontreinigingen/roest te verwijderen en het oppervlak werkbaar te maken. Als dit zorgt voor een egale ondergrond, moet de vloerbedekking vastgezet worden met een tweecomponentenlijm met chemische uitharding of een vochtuithardende ééncomponentenlijm (indien verkrijgbaar in uw regio); anders moet het oppervlak eerst worden voorbehandeld en geëgaliseerd met het aanbevolen egalisatiemiddel. Raadpleeg hiervoor de leverancier.

Natuursteen/mozaïek/terrazzo/porselein/keramiek
Test de vloer op de aanwezigheid van vocht. Raadpleeg uw leverancier als dit het geval is.

Meestal zijn deze ondergronden niet absorberend genoeg, waardoor de lijm niet in de ondergrond kan trekken. Verwijder deze materialen en behandel vervolgens de blootgestelde ondergrond op een geschikte wijze, of bereid het oppervlak mechanisch voor door het grondig te reinigen, af te spoelen en te schuren. Let er met name op dat het oppervlak stevig, droog en vrij van wax, olie, stof en losse tegels/tegelfragmenten is en dat alle gaten zijn opgevuld met een geschikte en snel uithardende reparatiemortel. Gebruik een geschikte primer en een geschikt egalisatiemiddel en raadpleeg hiervoor de leverancier van uw ondervloer. Zorg ervoor dat alle tegelvoegen opgevuld zijn en niet doorschijnen. Mogelijk is een tweede laag primer en egalisatiemiddel nodig om de oude tegelvoegen goed op te vullen.

Elastische vloerbedekking, bijv. linoleum, PVC, thermoplast, tapijt, kurk
Verwijder de bestaande vloerbedekking, inclusief eventuele lijmresten. Raadpleeg de leverancier voor installaties in de VS. Behandel de ondergrond vervolgens zoals voorgeschreven.

Overige vloeren
Magnesiet, Granwood, anhydriet, enz. Neem hiervoor contact op met uw leverancier.

(veranda's/serres/oppervlakken met beglazing rondom/onverwarmde ruimtes/vochtige ruimtes/ruimtes waar veel gemorst wordt)

Waar temperaturen tot 50°C te verwachten zijn, moet onze aanbevolen lijm worden gebruikt. In ruimtes waar de temperatuur mogelijk oploopt tot boven de 50°C, waar veel met vloeistoffen gemorst wordt of waar regelmatig vocht aanwezig is, moet de vloer geïnstalleerd worden met behulp van een tweecomponentenlijm met chemische uitharding of een vochtuithardende ééncomponentenlijm (indien verkrijgbaar in uw regio). Zorg ervoor dat de temperatuur in deze ruimtes 24 uur vóór, tijdens en 24 uur na installatie tussen de 18 en 27°C blijft. Bedek de ramen vóór de installatie en minstens 48 uur daarna.

Planken/tegels kunnen worden geïnstalleerd op vloerverwarming, maar die moet dusdanig zijn aangelegd dat de temperatuur op het lijmraakvlak niet boven de 27°C stijgt. Ook moet de juiste lijm worden gebruikt. De vloerverwarming moet in bedrijf zijn genomen voordat u aan de installatie begint. Houd de vloerverwarming vervolgens 48 uur vóór, tijdens en 48 uur na installatie uitgeschakeld. Daarna kunt u de temperatuur met maximaal 2°C per dag geleidelijk verhogen totdat de gewenste temperatuur is bereikt, met een maximum van 27°C.
  • Gebruik deurmatten om de vloer tegen gruis en vocht te beschermen. Zorg ervoor dat deze geen vlekken afgeven (geen rubberen rug) om verkleuring van de vloer te voorkomen.
  • Vermijd het schuiven of verslepen van meubels of andere voorwerpen over de vloer – gebruik viltdoppen om krassen te voorkomen.
  • Gebruik grote beschermcups of andere middelen om te voorkomen dat zware meubels indrukken achterlaten.
  • Veeg de vloer regelmatig schoon om los vuil of gruis te verwijderen om krasjes te voorkomen.
  • Voor een diepe reiniging hebben wij een assortiment pH-neutrale reinigingsproducten beschikbaar. Gebruik geen huishoudelijke schoonmaakmiddelen of reinigingsproducten met bleekmiddel. Deze kunnen de vloer glad maken of verkleuring veroorzaken.
  • Dep gemorste vloeistoffen steeds zo snel mogelijk op om de kans op uitglijden en vlekken te verkleinen.
  • Stel LooseLay niet bloot aan stilstaand water om gevaar voor uitglijden te voorkomen.
  • Richtlijnen voor de verzorging van uw vloer vindt u bij uw leverancier of op de website.

³ Amerikaanse ASTM-normen schrijven een installatie voor tussen de 65 en 85°F. Elders moet de temperatuur 18 tot 27°C zijn.

  1. Vind het middelpunt van de ruimte en trek een lijn over de gehele lengte van de ruimte (A-B). Teken in het middelpunt van deze lijn een nieuwe lijn, haaks op de eerste lijn. Trek deze lijn vervolgens door over de gehele breedte van de ruimte (C-D).
  2. Leg de chevronplanken los neer zoals weergegeven in Afb. 1 of Afb. 2. Kies de optie die de beste uitstraling creëert; de een is beter geschikt langs de rand van de ruimte dan de ander.
  3. Lijm de ongesneden tegels voor de gehele vloer vast, maar laat de gesneden tegels langs de omtrek van de ruimte nog los liggen. Leg de gesneden tegels langs de omtrek van de ruimte los neer voordat u deze vastlijmt.

Fig. 1

Fig. 2

Als er na de installatie sprake is van zeer kleine visuele onregelmatigheden, kunt u deze verhelpen met behulp van een priem met een ronde punt.



Download instructies in PDF-formaat